Nutstuin en wilgentakken

Het belangrijkste doel van een moestuin was om zelfvoorzienend te zijn; daarom heette het ook wel een nutstuin. Het dient het nut. De planten die in onze Nutshof verbouwd worden leverden grondstoffen voor verschillende toepassingen. Denk aan planten waarvan verstoffen gemaakt werden en planten die geschikt zijn voor het maken van touw, stof, het kaarden van wol en het behandelen van leer. De grootste nutsplant groeit van nature overal in dit gebied en ook op het eiland waar de tuin gevestigd is: de wilg (Salix alba). De jonge takken zijn buigzaam en worden gebruikt voor het vlechten van manden. Daarnaast bevat de bast van de wilgenboom een pijnstillende stof waarop de huidige aspirine en apc (acetylsalicylzuur, paracetamol en coffeïne) gebaseerd zijn.

Hof van Schaesberg lantaarn.png